Om juridische problemen te vermijden, zullen kustgemeenten De Panne en Koksijde een aanvullende personenbelasting van 5 procent invoeren vanaf 2026.
Deze beslissing is er gekomen omdat de Raad van State eerder dit jaar de provinciebelasting op tweede verblijven in West-Vlaanderen voor de aanslagjaren 2022, 2023 en 2024 vernietigde omdat die in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. De Raad van State volgde de redenering van het hof van beroep in Gent dat er niet gerechtvaardigd kan worden dat de belasting voor tweede verblijven drie keer zo hoog is als die voor vaste inwoners. Als alle belastingbetalers de belasting terugvorderen moet de provincie naar schatting mogelijk 36 miljoen euro terugbetalen.
Om geschillen rond de tweedeverblijfstaks te vermijden, kiezen De Panne en Koksijde er nu dus voor om vanaf 2026 een aanvullende personenbelasting van 5 procent te innen. De belastingen voor vaste inwoners en tweedeverblijvers worden zo op gelijke hoogte gebracht. De besturen kiezen ervoor om geen risico te nemen een rechtszaak te verliezen en de belasting terug te moeten betalen. Ook de kosten van dergelijke rechtszaken kosten de besturen handenvol geld. Door het gelijkheidsbeginsel zonder twijfel te respecteren wordt gekozen voor financiële zekerheid die essentieel is bij de opmaak van het meerjarenplan.
De burgemeesters hadden naar eigen zeggen liever geen extra belasting ingevoerd, maar de tweedeverblijfstaks schrappen was nooit een optie aangezien dit een belangrijke bron van inkomsten is.
Knokke-Heist zal daarentegen ook in 2026 geen aanvullende personenbelasting invoeren, terwijl er wél een tweedeverblijfstaks is. Daar wachten ze nog op een arrest van het Hof van Cassatie waar ze in 2023 een zaak aangevochten hebben.
